top of page
  • Foto van schrijverSusan van Eyck

Wisselvallige dagen deel 15 - Floris


Het is druk en lawaaierig in Crazy Pianos, je kunt elkaar haast niet verstaan. Nu is dat wel precies waar ik voor kwam. Ik wilde herrie om me heen. Zoveel herrie dat ik mijn eigen gedachten niet meer zou kunnen horen. Ik werd gek in mijn eentje, daarom ben ik hier naartoe gegaan. Puur om op te gaan in de mensenmassa, in de muziek, in sigaretten en in alcohol. Ik kwam hier in ieder geval niet voor een goed gesprek. Maar dit meisje naast me is leuk. En lekker. En misschien dat ik mezelf behalve in de drukte en het lawaai, de drank en de nicotine ook wel zou kunnen verliezen in betekenisloze seks. Gewoon een onenightstand waar niemand ooit iets van hoeft te weten. Een vrouw die de hersenen uit mijn kop neukt, met haar lijf de ongewenste gedachtes kan verdrijven, al is het maar voor een nacht. En om dat punt te bereiken zal ik toch eerst een gesprek moeten voeren.

Ze heet Anna en ze lijkt op Manon. Ik ben er nog niet over uit of ik dat een pluspunt of een minpunt vind. Ze heeft dezelfde fijne bouw, bijna dezelfde grote, hazelnootkleurige ogen, hetzelfde kastanjebruine haar, alleen draagt zij het in een boblijn en heeft ze knalrode lippenstift op die Manon nooit van haar leven zou dragen omdat ze niet van opzichtig houdt.

Anna vertelt dat ze met haar vriendinnengroepje een weekendje aan zee is, dat ze op kamers woont in Utrecht, waar ze een opleiding fysiotherapie doet en dat ze eigen praktijk wil beginnen. Ik vertel vaag wat over mijn studie en mijn werk, zonder al teveel in detail te treden, want mijn werk wilde ik nou juist even vergeten. Waar ik woon en of ik een relatie heb, vraagt ze gelukkig niet. Ik haal het ene drankje na het andere voor ons en voor ik het weet staan we heftig te zoenen. Ze zoent ruw, gehaast, de term ‘slordig’ komt zelfs bij me op, maar op de een of andere manier windt me dat vreselijk op.

‘Zullen we naar je hotelkamer?’ fluister ik in haar oor.

‘Kan niet, we slapen met z’n vieren op een kamer,’ fluistert ze terug. ‘Kunnen we niet naar jou?’

Ik knik en hou een taxi aan. Onderweg zoenen we weer, nog wilder en heviger, het is bijna een soort voorspel. Ondanks de alcohol en de geilheid voel ik me een beetje gegeneerd om het feit dat we half zitten te seksen in een taxi, maar de chauffeur lijkt zich er niet aan te storen en kijkt strak voor zich uit.

Ik open de voordeur en loods haar snel naar de woonkamer. Neuken in het bed van mijn ouders gaat me een tikkeltje te ver en ik wil zeker niet samen met Anna in mijn oude tienerbed belanden, dus dan moet het maar op de bank. Met mijn voet schuif ik in het voorbij gaan snel wat speelgoed van mijn broertje onder de bank.

‘Wow, wat een huis.’ Anna draait een rondje met haar armen wijd. ‘Wat een ruimte. En wat een gave inrichting.’

Ze heeft gelijk. Mijn ouders hebben smaak.

Ik pak een fles uit de buffetkast. ‘Wijntje?’

‘Heerlijk.’

We proosten, we drinken, we zoenen. Anna klimt op mijn schoot, ik trek haar shirtje over haar hoofd, zij maakt mijn gulp open. We zakken onderuit op de bank. Ze duwt haar onderlijf tegen het mijne. Ik kreun zachtjes en kneed haar borsten met mijn handen. Ze trekt mijn broek uit. Ik sluit mijn ogen.

‘Heb je een condoom?’

‘Wat?’ vraag ik. Ik kom een beetje overeind en steunend op haar ellebogen kijk ik haar aan. Godsamme, wat lijkt ze op Manon. Nu de rode lippenstift is vervaagd, is de gelijkenis nog sterker. Het is bijna of ze echt zelf naast me op de bank zit. Met een beetje fantasie ben ik weer zeventien en liggen we tijdens een tussenuur samen op de bank terwijl iedereen weg is. De herinneringen dwarrelen als sneeuw door mijn kop.

Waar ben ik in godsnaam mee bezig?

Ik kom nog verder overeind, knoop mijn gulp dicht, trek mijn T-shirt recht en duw Anna van me af. Ze kijkt me verontwaardigd aan. ‘Wat heb je opeens?’

‘Ik kan dit niet. Sorry. Het ligt niet aan jou.’

‘Hoezo, je kunt dit niet?’ Met felle, boze ogen kijkt ze me aan. ‘Ben je getrouwd of zo?’

‘Nee, nee...’

‘Weet je het heel zeker?’ Speurend kijkt ze om zich heen, ze loopt half bloot naar het dressoir en graait er een foto af waar ik samen met Evelien en Robbie op sta. ‘En wat is dit dan?’ Ze gooit het lijstje naar me toe. ‘Lul die je bent! Je hebt gewoon een vrouw en een kind!’

‘Dat zijn niet mijn vrouw en kind. Dat zijn mijn zus en mijn kleine broertje.’

‘O ja? Geloof je het zelf?’ vraagt ze nijdig. ‘Ik vind het allemaal wel een beetje te toevallig worden. Opeens kun je geen seks meer hebben. Er staan foto’s van een blij gezinnetje op de kast. Je zogenaamde broertje zou je zoon kunnen zijn.’

‘Mijn broertje is een nakomertje,’ verdedig ik me.

‘Ja ja, een nakomertje, maak dat de kat wijs,’ snauwt ze. ‘En jij woont op je vierentwintigste in een eengezinswoning van minstens drie ton. In je eentje. Met een foto van jezelf met je zus en je broertje op het dressoir. Dat moet ik zeker ook geloven.’

‘Dit is niet mijn huis,’ kreun ik. ‘Ik woon hier helemaal niet.’

‘Het wordt steeds gekker,’ zegt Anna nijdig. ‘Wie woont hier dan wel?’

‘Mijn ouders.’

‘Dus dit is het huis van je ouders?’

Ik knik.

‘Tjonge jonge. Meneer loopt een beetje duur te doen in het huis van zijn ouders. Wou je nou serieus beweren dat je op je vierentwintigste nog thuis woont?’

‘Ik woon inderdaad nog thuis,’ zeg ik, blij dat ik een smoes heb gevonden om van haar af te komen. ‘Sorry, ik had het je eerder moeten zeggen. Mijn ouders kunnen ieder moment thuiskomen en ik mag eigenlijk geen meisjes mee naar huis nemen na het stappen, want ze willen niet dat ik seks heb onder hun dak, dus tja. Sorry.’

‘Weet je wel zeker dat je echt meerderjarig bent?’ vraagt Anna terwijl ze zich met venijnige bewegingen aankleedt. ‘Je komt eerder over als een puber. Mag je eigenlijk wel alcohol drinken van de wet?’

Misschien kan ik maar beter niks meer zeggen. Ik kijk toe hoe ze haar schoenen aantrekt, haar haren fatsoeneert en een taxi belt. Zelf heeft ze ook niet veel meer te zeggen, behalve een pinnig ‘Loser!’ als ze uiteindelijk wegloopt en de voordeur met een klap achter zich dichttrekt.

Met mijn ogen dicht laat ik me weer op de bank vallen. Ze heeft gelijk. Ik ben een loser. Een nog veel grotere loser dan zij denkt. Ze moest eens weten hoe dicht ze bij de waarheid zat toen ze suggereerde dat ik een vrouw en kind had.

Ik pak de halfvolle fles wijn van het tafeltje en zet ‘m aan mijn mond. Ik wil stomdronken worden en de hele puinhoop vergeten, voor zolang als het duurt.


Volgende: deel 16

Vorige: deel 14

78 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page